Meer dan de helft van de smartphones die de FBI in strafonderzoeken wil ontgrendelen, zijn dusdanig versleuteld dat gegevens niet toegankelijk zijn voor de opsporingsdienst.

Dat vertelde FBI-directeur Christopher Wray zondag tijdens een bijeenkomst van politiehoofden, meldt persbureau AP.

In de afgelopen elf maanden slaagde de FBI er niet in om ruim 6.900 smartphones te ontgrendelen, vanwege de aanwezige encryptie. “Op zijn zachtst gezegd is dit een enorm, enorm probleem”, zei Wray.

Technologiebedrijven zijn hun gadgets steeds vaker gaan beschermen met sterke versleuteling. Dat beschermt de gegevens van gebruikers tegen dieven en cybercriminelen.

Maar veel politiediensten vinden dat zij in onderzoeken nog toegang zouden moeten kunnen krijgen tot de gegevens die op smartphones en andere elektronica staan opgeslagen. Bij moderne iPhones en Android-telefoons is dat nu technisch onmogelijk; zonder wachtwoord of pincode is de data ontoegankelijk.

Apple

Vorig jaar ruziede de FBI nog met Apple over de ontgrendeling van de iPhone 5C van een terrorist. Apple weigerde mee te werken aan het kraken van de encryptie, omdat dat de beveiliging van andere iPhone-gebruikers zou schaden. Uiteindelijk wist de FBI de telefoon te kraken met software die bij een cybersecuritybedrijf werd ingekocht.

“Ik begrijp het, er moet een balans worden gevonden tussen encryptie en het belang om ons de middelen te geven om het volk veilig te houden”, zei Wray zondag.

Het kabinet-Rutte II beloofde vorig jaar dat de Nederlandse overheid niet zal vragen om ‘achterdeurtjes’ in de encryptie van elektronica. De politie en inlichtingendiensten moeten echter wel pogingen kunnen doen om versleuteling te kraken, vindt het kabinet.

 

Bron: ‘Versleuteling zit FBI dwars bij helft onderzochte smartphones’