“Elke Nederlander moet meedoen aan de ramadan”, schrijft de website Nieuwspaal. Het is een satirisch bericht, maar mensen buitelen over elkaar heen op Facebook om hun woede te uiten. “Als dat tuig naar Nederland wil komen past het zich maar aan”, schrijft iemand. “Dacht het niet, eruit met die rotzooi”, schrijft een ander.

Het is een voorbeeld van wat desinformatie kan aanrichten en waarvoor generaal Wilfred Rietdijk waarschuwt. “Het hoeft niet eens waar te zijn om de samenleving te ontregelen”, zei hij vanochtend op de voorpagina van de Volkskrant.

Nieuwspaal zegt dat het bovengenoemde artikel niet satirisch maar opiniërend is bedoeld. “Nieuwspaal publiceert veel satirische artikelen die duidelijk als satire te herkennen zijn. Onze artikelen zijn bedoeld om lezers te vermaken of aan het denken te zetten”, mailt de redactie aan de NOS.

“Dat heeft uiteraard niets te maken met nepnieuws (desinformatie met als enige doel het misleiden van lezers). Wij zijn het een beetje zat dat Nieuwspaal steeds in verband wordt gebracht met het verspreiden van nepnieuws, terwijl Nieuwspaal duidelijk een ander doel heeft.”

Het artikel van Nieuwspaal is niet bedoeld om mensen te manipuleren, maar dat gebeurt volgens Rietdijk wel degelijk. Hij waarschuwt niet persé voor dergelijke sites, maar wel voor desinformatie vanuit het buitenland en dan met name uit Rusland. Maar is daar ook echt sprake van?

“Zover ik zie, is er weinig nepnieuws van Russische makelij dat bedoeld is voor Nederland”, zegt Peter Burger van de Universiteit Leiden en gespecialiseerd in nepnieuws. “Duitsland, Zweden en de Baltische staten hebben er veel meer last van.”

Burger noemt twee voorbeelden van nepnieuws met een Russische link: pogingen om het onderzoek naar de ramp met vlucht MH17 te beïnvloeden en een video waarin gemaskerde en gewapende mannen dreigen met een aanslag als Nederland ‘nee’ stemt tijdens het Oekraïne-referendum.

Factchecken in Nederland

Burger leidt bij de Universiteit Leiden een team dat nieuws sinds 2009 controleert: Nieuwscheckers. Ook is de Universiteit Leiden, net als NU.nl, betrokken bij Facebooks project om nepnieuws op het platform tegen te gaan. Op het sociale netwerk is nog weinig sprake van Nederlands nepnieuws. In juni dook het eerste Nederlandse nepbericht op wat de twee organisaties konden bestempelen als nep.

Facebook had rond de Amerikaanse verkiezingen veel last van nepnieuws en heeft, na druk van buitenaf, daarna diverse maatregelen genomen. Gisteren liet het platform weten dat Facebookpagina’s die herhaaldelijk nepnieuws delen geen advertenties mogen plaatsen op Facebook.

Het valt Burger op dat Rietdijk niet nieuwe voorbeelden van nepnieuws geeft. “Je zou denken dat hij dicht bij de bron zit en dus ook andere voorbeelden heeft om de impact duidelijk te maken.” Burger wil hiermee niet zeggen dat er geen nepnieuws rondgaat in Nederland, maar wel dat slechts een klein percentage afkomstig is uit Rusland.

“Er is wel degelijk nepnieuws, nog altijd te veel wat ons betreft. We richten ons met Nieuwscheckers, een groep studenten die factchecken, nu vooral op de categorieën clickbait (nepberichten die worden geschreven om geld te verdienen, red.) en berichten over gezondheidsmiddelen met wonderlijke werkingen.”

“We doen vrij weinig met complotnieuws, omdat dat lastig te weerleggen is. De belangrijkste categorie, politiek nepnieuws, lijkt niet massaal aanwezig. Ik zie weleens iets via via, maar niet in grote stromen.”

Wat we wel weten is dat mensen nooit alleen nepnieuws lezen.

Sanne Kruikemeier, onderzoeker UvA

Volgens Sanne Kruikemeier, onderzoeker politieke communicatie aan de Universiteit van Amsterdam, is er nog weinig wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de impact van nepnieuws. Er is nog geen definitieve conclusie te trekken.

“Wat we wel weten, is dat mensen gebruikmaken van meerdere bronnen en dat ze dus nooit alleen nepnieuws lezen.” Daarnaast wijst Kruikemeier erop dat de groepen die nepnieuws verspreiden op sociale media niet representatief zijn voor heel Nederland.

Nederland niet echt interessant

Professor Richard Rogers, werkzaam bij dezelfde universiteit, voegt daaraan toe dat nepnieuws op sociale media in Nederland een veel kleinere impact heeft dan in Amerika. Rond de verkiezingen in de VS bleek uit onderzoek van BuzzFeed News dat nepnieuws op een bepaalde moment een groter bereik had dan echt nieuws. “Daar is in Nederland geen sprake van”, zegt Rogers.

Daarnaast zegt Rogers dat Nederland vooral last heeft van nepnieuws op het moment dat er een link te vinden is met Rusland of Oekraïne. “Nederland op zichzelf is voor Rusland niet echt interessant.”

Keurmerk echt nieuws

Rob de Wijk, directeur van The Hague Centre for Strategic Studies, pleitte vanochtend in het NOS Radio 1 Journaal voor duidelijker onderscheid tussen nepnieuws en echt nieuws. “Ik geef les op de universiteit en daar kunnen ze echt van nep soms nauwelijks onderscheiden.”

De Wijk pleit voor een journalistiek keurmerk, zoals de Thuiswinkelwaarborg. “Dat moet niet door de overheid worden uitgegeven, maar ze kan het wel faciliteren.” Het zou dus eerder een taak kunnen zijn voor de Nederlandse Vereniging voor Journalisten of de Raad voor de Journalistiek.

De NVJ vindt dat de overheid vooral moet zorgen voor een onafhankelijke journalistiek. “Een keurmerk opzetten ligt nogal gecompliceerd”, zegt secretaris Thomas Bruning. De Raad voor de Journalistiek vindt het niet zijn taak om een dergelijk keurmerk op te zetten.