De Europese Unie en de Verenigde Staten stellen dat het Privacy Shield in de toekomst verbeterd moet worden. Het Privacy Shield is een verdrag met de Verenigde Staten dat de uitwisseling van persoonsgegevens regelt.

Dat staat uit een gezamenlijke verklaring van de Amerikaanse minister van Economische Zaken, Wilbur Ross, en Eurocommissaris Věra Jourová over de eerste jaarlijkse evaluatie van het Privacy Shield.

Over de uitkomsten van het proces laten de twee weinig los. Inmiddels hebben 2.400 organisaties zich bij het Privacy Shield aangesloten.

Techbedrijven gebruiken het Privacy Shield om gegevens van Europese burgers in de VS te stallen. Het is de opvolger van het Safe Harbor-akkoord, dat door het Europees Hof van Justitie ongeldig is verklaard. In 2015 zei de hoogste Europese rechtbank dat de bescherming van privégegevens hierin niet voldoende was.

Het Privacy Shield is sinds juli 2016 van kracht.

Kritiek

In het verleden is er veel kritiek geweest op het verdrag. Zo liet het Europees Parlement in april dit jaar weten zich zorgen te maken over het verdrag. Volgens het Parlement is er niet voldoende controle op wat er met de gegevens gebeurd en is niet uitgesloten dat Amerikaanse opsporings- en inlichtingendiensten hierin grasduinen.

De Artikel 29-werkgroep, een orgaan waarin de privacytoezichthouders van de EU-lidstaten zijn verenigd, liet in 2016 nog weten dat er enkele gebreken in het Privacy Shield zaten. Zo ontbraken er concrete waarborgen tegen het in bulk verzamelen van informatie. De organisatie zei toen dat er geen actie zou worden ondernemen, maar zou wachten tot de eerste evaluatie heeft plaatsgevonden.

In de gezamenlijke mededeling wordt echter niet ingegaan op de eerdere kritiek.

Bron: Privacy Shield moet volgens jaarlijkse evaluatie verbeterd worden