SyRI, het omstreden fraudeopsporingssysteem van de Staat, is in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten voor de Mens (EVRM), oordeelt de rechtbank in Den Haag woensdag. Volgens de rechter dient SyRI een legitiem doel, maar wordt de privacy van burgers onvoldoende gewaarborgd. “Het risicomodel kan in de huidige vorm onbedoelde stigmatiserende en discriminerende effecten hebben”, aldus de rechter.

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gebruikt het Systeem Risico Indicatie (SyRI) sinds 2014. Het systeem berekent op basis van algoritmes wie mogelijk fraudeert in bepaalde probleemwijken. Daarbij wordt gekeken naar bijvoorbeeld inkomens, werk, pensioenen en schulden van iedereen die in de wijk woont.

Personen die volgens de algoritmes waarschijnlijk frauderen, komen op een risicolijst terecht. Als een burger als een risico wordt bestempeld, dan kunnen boetes opgelegd worden, uitkeringen ingetrokken worden of strafrechtelijke procedures gestart worden.

Volgens de rechtbank voldoet de SyRI-wetgeving niet aan artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten voor de Mens (EVRM). Dit artikel beschermt het recht op bescherming van het privéleven van burgers. Volgens de rechter kunnen er vanwege de grote hoeveelheden data van mensen die worden verzameld verbanden tussen iemands economische status en het risicoprofiel worden gelegd. Dit kan leiden tot discriminatie.

Ook vindt de rechtbank dat het gebruik van SyRI inbreuk maakt op het privéleven van burgers, omdat de verzamelde gegevens ook met de politie en het Openbaar Ministerie (OM) gedeeld kunnen worden. Bovendien is het geheim hoe het algoritme van SyRI de risicoanalyse uitvoert. Daardoor is de werking van het systeem volgens de rechtbank onvoldoende inzichtelijk en controleerbaar.

‘Een hele belangrijke uitspraak’

Een coalitie van acht burgerrechten- en privacyorganisaties, waaronder het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM) en het Platform Bescherming Burgerrechten, had de Nederlandse Staat aangeklaagd. De organisaties vinden dat SyRI fundamentele mensenrechten schendt.

Douwe Linders, de advocaat van de coalitie, noemt de uitspraak van de rechter een keerpunt. “De Staat moet nu echt terug naar de tekentafel. De fundamentele kritieken op het systeem die in de uitspraak naar voren kwamen, zijn niet zomaar snel te repareren. Dit is een hele belangrijke uitspraak.”

Source