
De CTIVD vindt het onjuist dat minister Ollongren van Binnenlandse Zaken geen oogje in het zeil houdt. Eigenlijk moet zij beoordelen of er mag worden samengewerkt met een buitenlandse inlichtingendienst. Maar Ollongren heeft die beslissing uitbesteed aan de geheime dienst zelf.
De MIVD doet het beter, al heeft ook die dienst te weinig oog voor privacyrisico’s. Ook overtrad de militaire geheime dienst zes weken lang de wet, doordat de minister van Defensie nog geen toestemming had gegeven om samen te werken met buitenlandse diensten. Maar die goedkeuring kwam daarna alsnog.
Extra waarborgen
De nieuwe inlichtingenwet legt de diensten strengere regels op voor samenwerking met het buitenland, in ruil voor ruimere bevoegdheden. Nadat bij het referendum over de wet vorig jaar een meerderheid tegenstemde, werden die regels nog aangescherpt: een overgangsperiode van twee jaar voor de aanscherping van de regels ging overboord. Dat zorgde voor een hoge werkdruk, blijkt nu.
In de nieuwe wet mogen de geheime diensten onder meer op grotere schaal aftappen. Die data mogen vervolgens worden gedeeld met andere geheime diensten, zonder dat de AIVD of MIVD zelf naar de informatie heeft gekeken. Of dat al is gebeurd, is niet bekend.
https://nos.nl/l/2270798