
“Deze uitspraak maakt het mogelijk om meer verantwoordelijkheid neer te leggen bij Facebook”, zegt Stefan Kulk, universitair docent recht en technologie aan de Universiteit Utrecht. “Dit betekent dat het sociale netwerk actiever zal moeten optreden.”
Kulk merkt daarnaast op dat dit past in een bredere trend. “We verlangen als samenleving steeds meer van Facebook en Google als het gaat om het modereren van het internet. Technologische ontwikkelingen maken dat ook mogelijk. Deze uitspraak past daarin.” Kulk verwacht dat het een “kwestie van tijd” is voordat andere platforms hierop worden aangesproken.
Overigens hoeft Facebook pas te handelen op het moment dat er in een lidstaat een rechterlijke uitspraak ligt.
Facebook: duidelijkheid nodig van rechters
Het sociale netwerk is niet blij met de uitspraak: “Bij Facebook hebben we al regels wat wel niet mag worden gedeeld en deze uitspraak gaat veel verder”, staat in een verklaring. “Het ondermijnt daarnaast het principe dat één land niet het recht heeft om te vertellen wat er in een ander land mag worden getoond.”
Ook stelt het bedrijf dat hiermee de vrijheid van meningsuiting in gevaar komt. Voor het wereldwijd verwijderen van zo’n bericht en vergelijkbare berichten is waarschijnlijk een automatisch filter nodig, critici vrezen dat daar ook dingen in terecht kunnen komen die wel online moeten blijven staan.
Ten slotte betoogt Facebook dat dit oordeel betekent dat nationale rechters heel duidelijk moeten aangeven wanneer een bericht “identiek” is en wanneer het “inhoudelijk overeenstemt” met het originele bericht.