Hackers van de Chinese overheid hebben ingebroken op telecomnetwerken in Turkije, Kazachstan, India, Thailand en Maleisië om reizigers van de Oeigoerse minderheid te bespioneren, meldt persbureau Reuters op basis van twee inlichtingenofficieren en twee onderzoekers.
De spionage-activiteiten zijn primair gericht om diplomaten en buitenlandse militaire vertegenwoordigers te observeren, maar wordt volgens het onderzoek ook gebruikt om de Oeigoeren, een van oorsprong Turks volk met een eigen taal en cultuur, in de regio in de gaten te houden.
Een deel van de Oeigoerse bevolking is verenigd in militante groeperingen die zich willen afscheiden van China. Peking ziet daardoor de gehele islamitische minderheid als een bedreiging en probeert hun cultuur uit te wissen.
Kazachstan, India, Thailand en Maleisië worden door veel Oeigoeren gebruikt om te reizen tussen Turkije en de Chinese noordwestelijke autonome regio Xinjiang, ook wel Oost-Turkestan genoemd. Mensenrechtenactivisten zeggen dat ze bevolking daarmee het bewind van China wil ontlopen, terwijl Peking zegt de Oeigoeren te verdenken om deel te nemen aan de gewapende strijd in Irak en Syrië.
Volgens een onafhankelijke onderzoeker verblijven door het Chinese beleid zeker anderhalf miljoen Oeigoeren en andere islamitische minderheden in detentiekampen Xinjiang.
China zou Oeigoeren ook via smartphones spioneren
Naast de hackaanvallen op telecomnetwerken zou China mensen in de regio Xianjing direct via hun smartphones bespioneren. Zo zou de Chinese douane telefoons van mensen die de regio willen bezoeken voorzien van spyware.
Ook is een ernstig lek dat begin dit jaar werd ontdekt in iPhones en naar verluidt ook Android-smartphones en Windows-pc’s trof, volgens bronnen van de Amerikaanse nieuwssites Forbes en TechCrunch gebruikt om Oeigoeren te bespioneren.
China ontkent zich schuldig te maken aan digitale spionage. “We verzetten en handhaven consistent en resoluut tegen elke vorm van internetaanvallen”, zegt het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken in een reactie tegen Reuters.
