Een
paar weken terug was ik in Toscane, voor een bruiloft. Bij een klein tentje op
een heuvel, had ik voor de lunch een pompoenrisotto, die zo romig was dat ik
durfde te zweren dat ik een (warm) vanille-ijsje aan het eten was. Sommige van
mijn tafelgenoten waren een andere mening toegedaan, en herkenden in het geheel
geen vanillesmaak in de risotto. Hun goed recht, want over smaak valt niet te
twisten. Over de auteursrechtelijke bescherming van smaak dan weer wel, zoals
de ervaren lezer van dit weblog weet 
(zie hierhier, en hier).

 

Vandaag
kwam er een einde aan een jarenlang geschil over de vraag of Heks’nkaas auteursrechtelijk beschermd is. Het antwoord: nee,
want een smaak is niet vatbaar voor auteursrechtelijke bescherming.

 

Het
Hof van Justitie velde dit oordeel, en baseerde dat op de stelling dat een
smaak niet nauwkeurig en objectief kan worden uitgedrukt. En dat is op grond
van de Auteursrechtrichtlijn wel een vereiste, om voor auteursrechtelijke
bescherming in aanmerking te komen. Een boek, een foto, een film zijn allen natuurlijk
wel een objectieve uitdrukkingsvorm van de intellectuele schepping van de maker
ervan. Maar het Hof van Justitie vindt dus dat dit niet geldt voor smaak, omdat
“de identificatie van een voedingsmiddel immers hoofdzakelijk berust op
smaakbeleving en smaakervaring, die subjectief en variabel zijn.” Ik laat verdere
clichés over smaaktwist even achterwege, maar het oordeel komt dus wel neer op
dat aloude adagium.

 

Ik
kan me goed vinden in het oordeel van het Hof. De smaak van een voedingsmiddel
(of gerecht, wat dat betreft) is naar mijn mening iets fundamenteel anders dan een
foto, boek, of film. Het verschil is, dat een smaak niet vast te leggen valt
zonder een subjectief oordeel daarin te betrekken, terwijl een foto of een boek
op zich al de vastlegging is. Je kunt over een boek of foto een waardeoordeel
hebben, maar dat verandert niets aan de vastlegging. En dus is van een boek of
foto altijd met zekerheid vast te stellen wat nu precies de intellectuele
schepping van de maker is, waar dat met een smaak niet zo is. Het onderliggende
recept van een voedingsmiddel of gerecht, is een ander verhaal, en kan (KAN)
wel auteursrechtelijk beschermd zijn, wanneer de vastlegging van dat recept
getuigt van een eigen, oorspronkelijk karakter en het persoonlijk stempel van
de maker draagt. In de praktijk zal ook dat overigens niet snel het geval zijn,
aangezien de meeste recepten niets meer zijn dan een tamelijk banale
vastlegging van de ingrediënten en de bereidingswijze. Maar het kan wel.

 

Het
arrest van het Hof van Justitie zou ook gevolgen kunnen hebben voor de
auteursrechtelijke bescherming van geur, die in Nederland via het
Trésor/Lancôme-arrest geldt. Ook voor geur geldt dat de geurbeleving niet
hetzelfde is als stof of stoffen die de geur teweegbrengen. Dat laatste heeft
de Hoge Raad overigens ook letterlijk erkend in dat arrest. Het feit dat de
geur dus niet op objectieve wijze vast te leggen is, zou dus naar analogie moeten
betekenen dat er geen auteursrechtelijke bescherming op geur rust.

 

Lees
het arrest van het Hof van Justitie hier.

https://www.solv.nl/weblog/hvj-beeindigt-smaaksaga-geen-auteursrecht-op-smaak/21672